De officiële definitie van een museum (meervoud musea of museums) luidt: Een museum is een permanente instelling, zonder winstbejag, ten dienste van de gemeenschap en van haar ontwikkeling, toegankelijk voor het publiek, dat de materiële getuigenissen van de mens en zijn omgeving verzamelt, bewaart, onderzoekt en tentoonstelt en hierover informatie verstrekt voor studie, educatie en recreatie.
Het woord museum is afkomstig uit het Latijn en in die taal terecht gekomen via het Griekse woord mouseion, hetgeen betekent een plaats of een tempel gewijd aan de Muzen, de Griekse godinnen van de kunsten. Het Mouseion van Alexandrië (Egypte) ligt aan de basis van het woord. Het Mouseion was een opleidingscentrum. Geleerden waren er vrijgesteld, om zich te wijden aan de studie van de geschriften.
Aan deze schone boodschap, die ik heb gepikt van Wikipedia, moest ik denken toen ik gisteren in een leeg Museum Hilversum ronddwaalde. In de kelders van het museum kunnen Hilversummers aan de hand van foto's, kaarten, teksten, filmfragmenten, iets leren over hun geschiedenis. In de eigentijdse tentoonstellingsruimte op de bovenverdieping was werk van architect Coen van Velzen te zien.
Het gebouw waar het museum in huist, met de nieuwe vleugel van Han Ruijssenaars is op zich al een bezoek waard. Veel licht, veel mooie spannende ruimten, veel te zien, maar geen bezoekers. Die gemeenschap heeft kennelijk geen behoefte aan het bijeenbrengen van wetenswaardigheden voor haar ontwikkeling. Wil de mens niet meer weten, of alleen maar weten als hij ook op andere manieren wordt vermaakt?
Toen ik een paar weken geleden in het Frisia Museum in Spanbroek de tentoonstelling van Jan Mankes ging zien, liepen er bussen bejaarden rond. Maar die kregen in het restaurant van het museum ook een uitgebreide lunch. De mens moet verlokt en verleid worden, anders blijft het achter de televisie hangen. Goed om rekening mee te houden bij de plannen voor het nieuwe Huizer Museum.
Het woord museum is afkomstig uit het Latijn en in die taal terecht gekomen via het Griekse woord mouseion, hetgeen betekent een plaats of een tempel gewijd aan de Muzen, de Griekse godinnen van de kunsten. Het Mouseion van Alexandrië (Egypte) ligt aan de basis van het woord. Het Mouseion was een opleidingscentrum. Geleerden waren er vrijgesteld, om zich te wijden aan de studie van de geschriften.
Aan deze schone boodschap, die ik heb gepikt van Wikipedia, moest ik denken toen ik gisteren in een leeg Museum Hilversum ronddwaalde. In de kelders van het museum kunnen Hilversummers aan de hand van foto's, kaarten, teksten, filmfragmenten, iets leren over hun geschiedenis. In de eigentijdse tentoonstellingsruimte op de bovenverdieping was werk van architect Coen van Velzen te zien.
Het gebouw waar het museum in huist, met de nieuwe vleugel van Han Ruijssenaars is op zich al een bezoek waard. Veel licht, veel mooie spannende ruimten, veel te zien, maar geen bezoekers. Die gemeenschap heeft kennelijk geen behoefte aan het bijeenbrengen van wetenswaardigheden voor haar ontwikkeling. Wil de mens niet meer weten, of alleen maar weten als hij ook op andere manieren wordt vermaakt?
Toen ik een paar weken geleden in het Frisia Museum in Spanbroek de tentoonstelling van Jan Mankes ging zien, liepen er bussen bejaarden rond. Maar die kregen in het restaurant van het museum ook een uitgebreide lunch. De mens moet verlokt en verleid worden, anders blijft het achter de televisie hangen. Goed om rekening mee te houden bij de plannen voor het nieuwe Huizer Museum.
No comments:
Post a Comment