Laat me je boekenkast zien en ik weet wie je ben, luidt een bekende zienswijze. Maar van wie is die boekenkast? De boeken van Ger en mij staan bij in onze boekenkast door elkaar. Hoe moet dat nu? Zal een vriend en kenner die zich voor de kast posteert weten van wie wat is? Kunnen wij dat gebruiken als een test voor vriendschap. Kom, kom staan en zeg op! En dan turven.
Wie van ons leest poëzie?
Wie leest Philip Roth, Amos Oz, Coetzee, Pamuk en Naipaul?
Als je van poëzie houdt, houd je dan ook van Reve? En waarom dan?
Wie al die Russen en Hongaren?
Wie de boeken over WO II?
Wie Brakman?
Wie Voskuil en Alberts, of hebben die niets met elkaar?
Wie Virginia Woolf, of lezen we die niet meer?
Waarom geen Kluun en Heleen van Royen?
Waarom wel de Prooi?
Zo kan ik nog wel een poosje doorgaan, maar ik denk dat die goede vriend voor de kast de weg al kwijt is. Of vertwijfeld kijkt van Ger naar mij en zich realiseert dat die noch mij noch haar kent. Want zo is het in het leven. Je komt eens langs, verbaast je en reist dan weer verder ons met de boeken achterlatend.
No comments:
Post a Comment